De vlechtmatjes van de vrouwen van Mbole, bewoners van het equatoriale bosgebied van Boven-Zaïre die tot het geheime genootschap van de Otuku behoren, lijken op het eerste gezicht op gewone gebruiksvoorwerpen. Waar ze van oorsprong voor bedoeld zijn, is niet bekend. Ze worden bij officiële gebeurtenissen voornamelijk vastgehouden, bij het dansen of de matjes dienen als beschermend voorwerp ten opzichte van anderen. Bij een huwelijk schenkt de vrouw haar schoonfamilie een aantal matjes om te laten zien dat zij kundig is in het vlechten. Als een van de leden van het geheime genootschap sterft, brengen de andere leden de losamatjes mee en worden ze als lijkwade gebruikt. Bij nauwkeurige beschouwing ontdekt men de diversiteit in het vlechtwerk waar een bijzondere, esthetische prikkeling van uitgaat.
