In de Kunsthal Rotterdam wordt op zaterdag 8 april 1995 een bijzondere tentoonstelling geopend, getiteld 'Pop Art, Topstukken uit de Collectie Nederland'.
De expositie bestaat uit ongeveer honderdvijftig kunstwerken, afkomstig uit de collectie van de belangrijkste Nederlandse musea, aangevuld met werken uit een aantal particuliere verzamelingen.
Voor het eerst in de geschiedenis worden de kunstwerken samen in één gebouw gepresenteerd als onderdeel van de zogenoemde 'Collectie Nederland'. De tentoonstelling markeert het begin van een intensievere samenwerking tussen de verschillende musea die er vaker toe zullen overgaan om delen van hun collecties gezamenlijk te tonen aan het publiek. 'Pop Art' is de eerste tentoonstelling in dit kader en vormt tevens de start van een aantal samenwerkingsprojecten tussen de Kunsthal Rotterdam en Museum Boijmans Van Beuningen.
Eerste tentoonstelling van de 'Collectie Nederland'
Uitgebreid overzicht
In deze overzichtstentoonstelling, die een ongebruikelijke lange looptijd van zeven maanden heeft, komen alle aspecten van pop art aan bod. Van de vroege Britse pop art van Hockney en Blake en de Franse 'Nouveaux Realistes' met Arman en César tot de overbekende Amerikaanse pop art met kunstenaars als Warhol en Lichtenstein.
Samensteller Piet de Jonge van Boijmans Van Beuningen heeft de criteria voor de geselecteerde werken voor deze tentoonstelling ruim genomen. Alle werken in de expositie hebben de alledaagse dingen in het leven tot onderwerp. Ook werken van bijvoorbeeld Christo komen dus in aanmerking voor deze tentoonstelling. Christo gaat in zijn werk uit van alledaagse dingen, zoals een paspop of een stoel, die hij dan op zijn eigen bekende wijze inpakt. Voorts zijn de geselecteerde kunstwerken alle gemaakt in de Pop Art periode (ca. 1995 tot 1970).
Publicatie
Pop Art
